De menora
De menora is oorspronkelijk een gouden kandelaar of luchter die in het Heilige deel van de Tabernakel stond en later ook in zowel de 1e en 2e Tempel. Letterlijk betekend menora ‘lamp’ of ‘luchter’. De menora heeft zeven armen. Het is één van de oudste symbolen van het jodendom. Volgens de Hebreeuwse Bijbel, de Tenach, moest Mozes van God een zevenarmige kandelaar laten maken en deze plaatsen in de Tabernakel. Deze zevenarmige kandelaar zou de brandende braamstruik symboliseren die Mozes zag op de berg Sinaï.
De Talmoed beschrijft dat de menora alleen bedoeld was voor gebruik in de Tempel. In huizen en synagoges behoort men andere verlichting te gebruiken.
De Boog van Titus
Het is zeker dat er een menora heeft gestaan in de Tweede Joodse Tempel. Hoe deze menora eruit moet hebben gezien weten wij aan de hand van afbeeldingen op de Triomfboog van Titus. De Triomfboog van Titus staat in Rome en stamt uit het jaar 81 voor de gewone jaartelling. De reliëfs in de boog verhalen over het neerslaan van de joodse opstand en de verwoesting van Jeruzalem door keizer Titus. De Joodse Tempel werd daarbij geplunderd en de kostbaarheden, waaronder de menora, werden meegevoerd naar Rome. Een afbeelding hiervan op de boog toont ons hoe de menora eruit moet hebben gezien.
Embleem van de Staat Israël
Sinds 1948 is de menora tevens onderdeel van het embleem van de staat Israël. De twee olijftakken aan weerszijde van de menora zijn een symbool van vrede.
Bronnen in de Tenach die iets vertellen over de menora
Exodus 25:31:36
“Je moet een kandelaar van zuiver goud maken, één stuk gedreven werk moet de kandelaar worden; zijn voetstuk, zijn schacht, zijn bloemkelken, knoppen en bloesems moeten er uit één stuk zijn. Zes armen moeten er uit zijn zijkanten komen.”
Zacharia 4:2-3
“Ik zie daar een kandelaar, geheel van goud, met een oliehouder aan zijn top. Hij heeft zeven lampen (…) en er zijn twee olijftakken bij, een aan de rechterzijde van de kandelaar en de andere aan de linkerzijde.”
De chanoekia
Behalve de zevenarmige menora bestaat er ook een achtarmige menora. Deze wordt ook wel chanoekia genoemd omdat deze alleen voor Chanoeka gebruikt wordt. De chanoekia bestaat uit acht armen plus één extra welke de sjamasj of ‘dienaarkaars’ genoemd wordt. Deze negende arm staat iets apart van de overige acht armen. Met deze extra kaars steekt men de overige kaarsjes aan.